Kirsten Wild toont regenboogtrui op NK Omnium
APELDOORN – Kirsten Wild nam een paar weken rust en bracht een aantal weken voornamelijk in het krachthonk door, maar is op zondag 22 december opnieuw op de piste te aanschouwen tijdens het Nederlands Kampioenschap omnium in Apeldoorn. Ze begint er aan het tweede deel van een tot nog toe succesvolle winter, waarin ze in hetzelfde Omnisport twee Europese titels veroverde en later ook in de wereldbekers succesvol was. “Dit NK is een mooie kans om de baansport te promoten.”
Ze is niet op de top van haar kunnen zoals ze op het EK in Apeldoorn medio oktober was of zoals ze eind februari/begin maart op het WK in Berlijn en in augustus op de Olympische Spelen in Tokyo hoopt te zijn. Maar met al haar ervaring – gekoppeld aan een altijd goede basisconditie – kijkt Kirsten Wild best met vertrouwen uit naar het Nederlands Kampioenschap omnium. Ze toont er haar regenboogtrui, die ze in Pruszkow (Polen) veroverde aan het begin van dit kalenderjaar en is de onbetwiste Nederlands kandidate voor de Olympische Spelen in Tokyo.
“Ik vind dat je jezelf als Nederlandse baantopper toch een aantal keren in dit soort wedstrijden moet tonen. Het valt niet ideaal in mijn programma, maar ik wil toch deelnemen. Baanwielrennen is een relatief kleine sport en alle aandacht is mee genomen. Ik wil laten zien dat het een leuk evenement is om aan mee te doen en hoop daarmee ook anderen te stimuleren dit soort wedstrijden te rijden.” Ze heeft er als wereldkampioene meer te verliezen als te winnen, zou je denken. “Zelfs als het me niet zou lukken om te winnen, is er geen man over boord. Ik ga kijken waar ik sta na deze aanloop van rust en krachttraining en wil misschien ook wel een paar andere tactieken uitproberen. Mijn plek in de internationale wedstrijden staat niet ter discussie, dus die druk voel ik niet, maar dat neemt niet weg dat ik altijd wel graag win als ik een rugnummer opdoe.”
Het omnium bestaat uit vier onderdelen: de scratch, de temporace, de afvalkoers en de afsluitende puntenkoers. Deze worden allemaal op dezelfde dag verreden. Toen het omnium nog zes onderdelen telde, werd het evenement over twee dagen uitgesmeerd. Maar op zondag 22 december worden in relatief korte tijd de prijzen verdeeld. Wild: “Het is belangrijk om je energie goed te verdelen en goed na te denken over de inspanningen die je doet tijdens de wedstrijd, maar ook tussen de onderdelen door. Je kunt niet iedereen laten rijden, maar je hoeft ook niet altijd te winnen om uiteindelijk als winnares van het omnium uit de bus te komen. Ik ben wereldkampioene geworden zonder één keer eerste te worden, het is ook een tactisch spel.”
In het internationale circuit strijdt de Overijsselse tegen rensters die aan haar gewaagd zijn, op het NK kan een nieuwe lichting zich bewijzen. “Op een WK zijn er meerdere rensters om in de gaten te houden, het gevaar bij een NK is dat er snel vooral naar mij gekeken wordt. Naar het einde toe, weet je ook wie de belangrijkste concurrenten zijn en krijg je een meer tactisch steekspel. En je moet blijven opletten, want als je steeds dezelfde rensters van voren hebt in de uitslag, zijn de verschillen gering en kan elk foutje fataal zijn. Dat is ook weer de charme van dit onderdeel. Het blijft voor het publiek altijd spannend.”
De tegenstand van Wild zal bestaan uit ervaren baanrensters als de Apeldoornse rensters Winanda Spoor, Michelle de Graaf en Judith Bloem, succesvolle wegrensters als Lorena Wiebes, Lonneke Uneken en Marjolein van ’t Geloof en een nieuwe baanlichting uit de KNWU-talentenploeg met rensters als Amber van der Hulst, Mylene de Zoete, Kirstie van Haaften, Marit Raaijmakers en Bente van Teeseling.
Foto: Gert Bonestroo